You are on page 1of 37

Kadernotitie Duurzaamheid 2012-2015

Oktober 2011 Afdeling Beleids- en Projectontwikkeling team Sociaal Beleid Opgesteld door M. Meynen

Inhoudsopgave

DEEL I

ACHTERGROND

Hoofdstuk 1 Investeren in duurzaamheid 1.1 Het begrip duurzaamheid 1.2 Het belang van duurzaamheidsbeleid 1.3 Wat levert duurzaamheid op Hoofdstuk 2 De huidige situatie 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 De gemeente De gemeentelijke organisatie CO2 nulmeting Lingewaard in vergelijking met andere gemeenten Conclusie

5 5 6 7 8 8 9 11 11 14

DEEL II

BELEID

Hoofdstuk 3 Visie en ambitie 3.1 3.2 3.3 3.4 Coalitieakkoord Visie Ambitie Doelen

16 16 17 17 17

Hoofdstuk 4 Uitgangspunten 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 Borgen en aanvullen op integrale themas Duurzaamheid: ecologisch, economisch n sociaal Flexibel beleid Gemeente voornamelijk als makelaar Gebruik bestaande financile middelen

19 19 19 19 19 19

DEEL III

UITVOERING

Hoofdstuk 5 Opzet uitvoeringsprogramma 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 Duurzaam leven Duurzame organisatie Duurzame economie Duurzame mobiliteit Duurzaam inrichten en bouwen

21 21 22 23 24 25

Hoofdstuk 6 Financieel kader 6.1 Functies 6.2 Rubrieken Hoofdstuk 7 Borging 7.1 Borging in de organisatie 7.2 Borging van beleid 7.3 Borging van de uitvoering

26 26 26 28 28 29 29

Bijlage I Bijlage II Bijlage III

Duurzaamheid in huidig gemeentelijk beleid Uitkomsten CO2 nulmeting Duurzaamheidsnetwerken

31 34 35

DEEL I

ACHTERGROND

Hoofdstuk 1

Investeren in duurzaamheid

In dit hoofdstuk beginnen we met een verkenning van het begrip duurzaamheid en de betekenis ervan voor de gemeente. Eerst wordt een definitie van het begrip duurzaamheid vastgesteld. Een heldere definitie biedt houvast en dient als uitgangspunt voor de kadernotitie. Vervolgens wordt uitgelegd waarom duurzaamheidsbeleid van belang is en wordt toegelicht wat duurzaamheidsbeleid oplevert.

1.1

Het begrip duurzaamheid

De meest gebruikte en geaccepteerde definitie is die van de VN-commissie Brndtland (1987): Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen. Hoewel deze definitie het begrip duurzaamheid niet meteen hanteerbaar maakt, geeft het wel aan dat duurzaamheid over meer gaat dan milieu. Voorzien in de behoeften van huidige generaties betekent bijvoorbeeld ook armoedebestrijding en gelijke rechten voor mannen en vrouwen.1 Het gaat er dus om het sociale, ecologische n economische aspect van duurzame ontwikkeling in samenhang en in evenwicht te brengen. Alleen zo kunnen de huidige generaties (hier en elders in de wereld) gezond, veilig en in welvaart leven met behoud van de mogelijkheden voor toekomstige generaties. Om de breedte van duurzaamheid te benadrukken en het begrip hanteerbaar te maken, wordt duurzaamheid vaak vertaald in drie dimensies, ook wel de 3 P's genoemd: People (het sociale aspect), Planet (het ecologische aspect) en Profit (het economische aspect). Hieronder een toelichting op deze 3 Ps.

People Een duurzame samenleving heeft gemeenschapsgevoel nodig, waarin burgers zich betrokken voelen bij wat er in hun samenleving, in de wereld en met hun medeburgers gebeurt. People zou kunnen worden vervangen door participatie. Participatie draagt bij aan het gemeenschapsgevoel. Duurzaamheid betekent ook: kansen voor iedereen en rekening houden met mensen elders. In een duurzame samenleving doet iedereen mee, wordt niemand buitengesloten en wordt ieders talent optimaal benut. Een duurzame samenleving kan niet ten koste van anderen gaan, ook niet als dat ver weg is. Gemeenten kunnen de dimensie People invulling geven met burgerparticipatie, sociaal beleid zoal WMO-beleid en internationale samenwerking.

De Rijksoverheid schrijft: Duurzaam ontwikkelen betekent het gelijktijdig verbeteren van welzijn, natuur en economie: people, planet, profit. Het gaat om maatschappelijke ontwikkeling die houdbaar is over de generaties heen en op wereldschaal. Welvaart van de n mag niet ten koste gaan dat de welvaart van de ander.

Planet Centraal staat hier het behoud, de bescherming en het beheer van onze natuurlijke hulpbronnen: de diversiteit aan plant- en diersoorten, kwaliteit en kwantiteit van water, luchtkwaliteit, bodemvruchtbaarheid, et cetera. De gemeente kan hier invulling aan geven met klimaat- en energiebeleid, duurzaam waterbeheer en natuur- en milieubeleid (onder andere het versterken van de lokale biodiversiteit). Ook de kennis daarover bij inwoners vergroten is een belangrijk onderdeel. Profit Duurzame economische ontwikkeling gaat over vooruitgang en welvaart. De uitdaging is ervoor te zorgen dat de vooruitgang van de n niet ten koste gaat van een ander of van toekomstige generaties. Daarnaast is het zoeken naar economische activiteiten die een bijdrage leveren aan een duurzame ontwikkeling, zowel in de gemeente als in landen elders in de wereld. Dat vereist een andere manier van denken; een ondernemer zal in zijn bedrijfsvoering en keuzes voor investeringen altijd de balans opmaken tussen kosten en baten. Een maatschappelijk verantwoord ofwel duurzaam ondernemer neemt in zijn besluitvorming ook de milieu- en sociale aspecten mee (maatschappelijke kosten en baten). Gemeenten kunnen aan deze P invulling geven door zelf het goede voorbeeld te geven en duurzaam ondernemen in hun gemeente te stimuleren.

1.2

Het belang van duurzaamheidsbeleid

In het coalitieakkoord 2010-2014 staat het volgende over duurzaamheid: Aan het inhoudelijk beleid liggen fundamentele waarden en beginselen ten grondslag van waaruit de coalitiepartners de gemeente willen besturen. Dit zijn: [] 4. Duurzaamheid met aandacht voor evenwicht tussen ecologische, economische en sociale belangen bij de inrichting van de gemeentelijke samenleving. [] Alle coalitiepartijen zijn zich ervan bewust dat de gemeente een voorbeeldfunctie heeft op het gebied van duurzaamheid. Daaronder wordt o.a. verstaan: duurzaam ruimtegebruik, sociale duurzaamheid, duurzame inkoop en energiebesparing. Duurzaamheid wordt in alle geledingen van de gemeentelijke organisatie verankerd en alle wethouders spelen hierin een rol. Duurzame ontwikkeling betekent vaak net iets andere keuzes maken dan we geneigd zijn. Geen eenzijdige blik en resultaten op de korte termijn, maar een brede blik op sociale, economische en ecologische aspecten en rekening houden met de langere termijn. Beleid kan helpen een juiste afweging te maken.

Met helder beleid kan de gemeente tevens: 1. Het begrip duurzaam afbakenen. De term duurzaamheid wordt te pas en te onpas gebruikt. Mede daardoor is het onduidelijk wat de gemeente hiermee bedoelt. Er is behoefte aan een concrete invulling van het begrip duurzaamheid waarmee de gemeente aan de slag kan. 2. Duidelijkheid scheppen voor alle beleidsterreinen. Duurzaamheid gaat over alle beleidsdisciplines heen. Een integraal kader is daarom van toegevoegde waarde. 3. Aangeven wat de gemeente wil bereiken. Duurzaamheid is een breed begrip. Het is goed om samen het ambitieniveau en de doelen die worden nagestreefd vast te stellen. Dit helpt om te voorkomen dat de gemeente verzandt in allerlei ad hoc activiteiten. 4. Gericht maatregelen treffen om de gewenste voorbeeldfunctie op het gebied van duurzaamheid uit te dragen. 5. Gericht duurzame activiteiten van burgers, ondernemers, organisaties en instellingen faciliteren om zo duurzaamheid binnen de gemeente te stimuleren. 6. Inspelen op wet- en regelgeving op het gebied van duurzaamheid 7. Gericht subsidies aanvragen. Er zijn nationale (stadsregio, provincie, rijk) en internationale ( Europa) subsidies op verschillende gebieden van duurzaamheid waar gemeenten aanspraak op kunnen maken indien zij zelf beleid hebben op dit gebied, bijvoorbeeld subsidiring voor energiebesparende maatregelen en duurzaam bouwen.

1.3

Wat levert duurzaamheid op

Investeren in duurzaamheid loont. We werken met een duurzaamheidsbeleid aan een leefbare, gezonde, groene gemeente. Door een brede blik te hanteren en een lange termijn in gedachten te houden is de gemeente meer toekomstbestendig en kan beter worden geanticipeerd op veranderingen. Investeringen in duurzame maatregelen verdienen zich terug. Niet altijd meteen of binnen een jaar, maar wel op de langere termijn. Investeren in het verduurzamen van gemeentelijke gebouwen of in een goede relatie met burgers bijvoorbeeld. Dat kost nu tijd en/of geld, maar op de langere termijn levert het veel op. Een lange termijn visie is daarom essentieel bij duurzaamheid.

Hoofdstuk 2

De huidige situatie

Duurzame ontwikkeling staat politiek en maatschappelijk steeds hoger op de agenda. Niet alleen op Europees of landelijk niveau, maar zeker ook op lokale schaal zetten steeds meer bedrijven en burgers zich in voor een toekomstbestendige wereld. In dit hoofdstuk eerst een inventarisatie van wat er al gebeurt aan duurzaamheid, zowel binnen de gemeentegrenzen (paragraaf 1) als binnen de gemeentelijke organisatie (paragraaf 2.2). Er is een nulmeting uitgevoerd op de CO2 uitstoot (een zgn. footprint). De uitkomsten hiervan worden in paragraaf 2.3 toegelicht. Tevens hebben we aan een benchmark meegedaan, waarmee duidelijk wordt waar Lingewaard staat op duurzaamheidsgebied in vergelijking met andere gemeenten (paragraaf 2.4). Deze benchmark wordt gebruikt om de sterktes en zwaktes van de gemeente op het gebied van duurzaamheid op te sporen. Met behulp van al deze informatie wordt in de conclusie (paragraaf 2.5) inzichtelijk gemaakt waar we aandacht aan zouden kunnen besteden op het gebied van duurzaamheid.

2.1

De gemeente

In Lingewaard zijn verschillende organisaties, instellingen en burgers bezig met het thema duurzaamheid. Hieronder een aantal voorbeelden. Deze lijst is niet uitputtend. Binnen de gemeente zijn verschillende bedrijven gevestigd die zich bezig houden met duurzaamheid; adviesbureaus op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen of sociale innovatie, communicatiebureaus en bedrijven die zonnepanelen plaatsen. Een aantal ondernemers heeft een platform opgericht om maatschappelijk verantwoord ondernemen onder de aandacht te brengen (Het Groene Podium) Tuinders van glastuinbouwgebied Bergerden exploiteren een collectief gietwatersysteem en een collectief energiesysteem Tuinders van glastuinbouwgebied Bergerden werken, samen met de provincie en de gemeente, aan een aardwarmteproject In het plangebied Bergerden wordt, op particulier initiatief, de bouw van een biovergistingsinstallatie voorbereid Er zijn stichtingen en instellingen in de gemeente actief op het gebied van ecologische duurzaamheid, zoals Stichting Lingewaard Natuurlijk. Woningcorporaties zijn bezig met duurzame maatregelen voor hun huurwoningen. Bij een aantal verenigingen en instellingen is verduurzamen nadrukkelijk aan de orde. Vanuit de intrinsieke motivatie om hierin de eigen verantwoordelijkheid te nemen en daarnaast ook door de sterk stijgende kosten van energie. Er zijn stichtingen en instellingen op het gebied van sociale duurzaamheid in de gemeente, zoals een Amnesty groep, Stichting Vluchtelingenwerk en Stichting Ontwikkelingssamenwerking Lingewaard. Verschillende ondernemers en burgers hebben genvesteerd in energiebesparende / energieleverende maatregelen. Zo heeft restaurant Zijdewinde genvesteerd in een sedumdak, heeft de DA drogist in Bemmel o.a. zonnepanelen en een warmtepomp.

2.2

De gemeentelijke organisatie

De gemeente Lingewaard zelf is op verschillende fronten actief op het gebied van duurzaamheid. In deze paragraaf een aantal beleidsstukken waarin duurzaamheid aan bod komt. Vervolgens een opsomming van duurzame activiteiten die de gemeente oppakt.

2.2.1

Beleid

Milieubeleidsplan (2010) In het milieubeleidsplan is veel aandacht voor klimaat en duurzaamheid. Gesteld wordt dat de gemeente pas geloofwaardig is als ze zelf het goede voorbeeld geeft. De rol van de gemeente is voortrekker bij het agenderen van klimaatverandering, het ontwikkelen van een visie hierop en het tonen van leiderschap bij het stimuleren van innovatie. Sociale ambities/ WMO beleidsplan (2011) De gemeente heeft een duurzame sociale visie: Lingewaard wil ook in de toekomst een sociale gemeente blijven met een goed voorzieningenpakket voor de burgers die dat nodig hebben. Daarbij hoort een leefklimaat waarin iedere burger zijn/haar plek kan vinden, volwaardig lid van de lokale samenleving kan zijn en waar de gemeente de voorwaarden schept voor zelfredzaamheid en saamhorigheid. Burgerparticipatie, belangrijk onderdeel van sociale duurzaamheid, is opgenomen als speerpunt. De sociale visie is in een tiental concrete ambities vertaald. De meest ambities zijn gericht op sociale duurzaamheid, zoals iedereen is gelijk en iedereen doet ertoe; goed wonen en leven in Lingewaard). De ambitie duurzaamheid ook op sociaal gebied geeft aan dat de gemeente de samenhang tussen sociaal beleid en duurzaamheid onderkent. Gemeentelijk mobiliteitsplan (2008) Het gemeentelijk mobiliteitsplan legt de koppeling tussen regionale en lokale bereikbaarheid, veiligheid en leefbaarheid. Dit zijn allen duurzame themas. De ambitie is een bereikbare gemeente te zijn met behoud van de ruimtelijke kwaliteit. Ruimtelijke structuurvisie (2011) Bij bijeenkomsten en gesprekken over dit duurzaamheidsbeleid is meerdere keren het belang van het groene karakter van de gemeente Lingewaard benadrukt. Met de ruimtelijke structuurvisie wordt een beeld geschetst hoe de gemeente de komende 10 jaar haar omgeving wil ontwikkelen. Het landschap vormt de basis voor alle projecten en de visie op de ruimtelijke ontwikkeling van de hele gemeente. Duurzame ontwikkeling wordt vertaald naar klimaat en energie, efficint ruimtegebruik, stimuleren en faciliteren gebruik duurzame vervoersmogelijkheden, integraal waterbeheer, versterking van het landschap met levendige kernen met de nodige voorzieningen en de mogelijkheid voor inwoners om te recreren dicht bij huis. Er wordt een 16-tal toekomstige opgaven genoemd waarbij duurzaamheid vaak duidelijk terugkomt, zoals; landschap, recreatie en natuur met elkaar verbinden; kwalitatieve en kwantitatieve verbetering van het watersysteem; Hoogwaardig Openbaar Vervoer; duurzaam bouwen; verstevigen en versterken van de lokale economie.

De dijk als as van ontwikkeling (2009) Dit rapport wordt gebruikt als toetsingskader voor ruimtelijke ontwikkelingen. Het geeft een handreiking voor ruimtelijke vernieuwing, waarbij opgaven op het terrein van water, wonen en werken gecombineerd met cultuurhistorie, recreatie, natuur en landschap kunnen leiden tot nieuwe economische kansen. Doel is meer ruimtelijke kwaliteit en hiermee leefbare woonomgeving met toekomstwaarde. Kortom: werken aan een duurzaam Lingewaard.

2.2.2

Activiteiten

In deze paragraaf een aantal duurzame activiteiten die binnen de gemeentelijke organisatie worden uitgevoerd. Deze lijst is niet uitputtend, het dient vooral om aan te geven dat er al duurzaam wordt gehandeld. Er wordt voor alle gemeentelijke gebouwen groene stroom ingekocht Er wordt deels recyclebaar papier gebruikt Er is een proef gedaan met LED-verlichting op de Lingewal Er zijn nieuwe, duurzame armaturen in Angeren geplaatst Er wordt aandacht besteed aan het scheiden van afvalstromen Onkruidbestrijding gebeurt niet meer chemisch Er worden sensoren gebruikt in openbare gebouwen om licht en water te besparen Klinkers en asfalt worden hergebruikt Groenafval wordt als biomassa verwerkt Het buitengebied wordt ingericht met duurzaamheid als uitgangspunt Het nieuwe gemeentehuis in Bemmel wordt een duurzaam gemeentehuis met bijvoorbeeld energiezuinige verlichting en een duurzaam energiesysteem, warmte-koude-opslag (WKO). De gemeente probeert zoveel mogelijk zaken digitaal af te handelen In samenwerking met de provincie wordt bedrijventerrein Pannenhuis 1 duurzaam gerevitaliseerd Samen met de stadsregio heeft de gemeente het project SLIM prijzen opgepakt om automobilisten de spits te laten mijden (zorgt voor een betere bereikbaarheid) Het gebruik van fiets en openbaar vervoer onder medewerkers wordt gestimuleerd om zo de autokilometers terug te dringen Er is aandacht voor een goede afstemming van gezondheid, woongenot en maatschappelijk welzijn De gemeente heeft verschillende adviesraden zoals een Clintenraad WWB, WMO adviesraad en een jongerenraad Lingewaard heeft wijkgericht werken hoog in het vaandel staan De gemeente heeft een stedenband met Mizil, Roemeni Lingewaard is uitgeroepen tot meest kindvriendelijke gemeente 2011 (J/M voor ouders)

10

2.3

CO2 nulmeting

CO2 is het belangrijkste broeikasgas, mondiaal levert de verhoogde uitstoot van CO2 de grootste bijdrage aan het versterkte broeikaseffect en daarmee aan de klimaatverandering. Het is nuttig om inzicht te hebben in de eigen uitstoot zodat we gerichte doelen kunnen stellen om de uitstoot te verlagen. Tevens kan worden bepaald welke impact Lingewaard (zowel de gemeente als de gemeentelijke organisatie) heeft op het klimaat en welke bronnen voor welke uitstoot zorgen en hoe deze uitstoot zich verhoud met andere gemeenten. Om inzicht te krijgen in de omvang van de CO2 uitstoot van de gemeente is een CO2 nulmeting uitgevoerd. Binnen de gemeentegrenzen Binnen de gemeentegrenzen is in verschillende sectoren de CO2 uitstoot berekend, zowel in 2008 als in 1990 (referentiejaar voor Europese en nationale doelen). De uitkomsten hiervan zijn terug te vinden in bijlage II. Ten opzichte van 1990 is een totale reductie van 11,7% gerealiseerd. De gemiddelde uitstoot per inwoner van de gemeente is op een aantal sectoren vergeleken met het gemiddelde per inwoner van de provincie Gelderland en Nederland (zie tabel in bijlage II). Hieruit blijkt dat in Lingewaard de CO2 uitstoot van de sector woningen relatief hoog is. In de sector land- en bosbouw en visserij stoot de gemeente vergeleken met de provincie en Nederland ook relatief veel CO2 uit. Dat is verklaarbaar gezien de grote hoeveelheid glastuinbouw in onze gemeente. De uitstoot in de industrie is juist lager dan de gemiddelde uitstoot in de provincie en in Nederland. De gemeentelijke organisatie De CO2-uitstoot van de gemeente Lingewaard als organisatie zit onder andere in de gemeentelijke gebouwen en transportbewegingen (zie tabel in bijlage II). Het energieverbruik van de gemeentelijke gebouwen gaat veranderen, per 1 januari 2012 is er n modern gemeentehuis waarin meerdere energiebesparende maatregelen zijn doorgevoerd. De gemeente koopt groene stroom in, dat zorgt ervoor dat er geen CO2 uitstoot is op dat gebied. Indien dit niet (meer) gebeurt, loopt de CO2 uitstoot van de gemeentelijke organisatie flink op.

2.4

Lingewaard in vergelijking met andere gemeenten

Om te bepalen waar Lingewaard staat op het gebied van duurzaamheid ten opzichte van andere gemeente is de score van de gemeente op een nationale benchmark bepaald, de zgn. lokale duurzaamheidsmeter. Dit is een openbare benchmark, ontwikkeld door COS Nederland (Vereniging van centra voor internationale samenwerking). De benchmark bestaat uit bijna 100 vragen, verdeeld over de drie Ps: people, planet en profit. De vragen zijn gebaseerd op actuele thema's en Europees en landelijk beleid. Hebben gemeenten bijvoorbeeld aandacht voor bewonersparticipatie, internationale samenwerking, energiebesparing en integraal waterbeheer? Hoeveel investeren gemeenten in duurzame ontwikkeling? De meter geeft een beeld in hoeverre een gemeente duurzaamheid inhoud geeft in vergelijking met andere gemeenten.

11

Daarbij moet wel worden opgemerkt dat ook deze benchmark, zoals alle benchmarks, zijn beperkingen heeft. Op het thema burgerparticipatie bijvoorbeeld wordt alleen gevraagd naar een vastgestelde verordening burgerinitiatief. Wijkgericht werken of interactieve planvorming krijgt geen aandacht. Daarom wordt bij de conclusie over de stand van zaken in de gemeente (paragraaf 2.5) de overige informatie uit dit hoofdstuk meegenomen. De gemeentelijke score De vragenlijst is ingevuld in het voorjaar van 2011. We behaalden in totaal 64 punten van de 145, dat is 45%. Op de verschillende Ps scoort de gemeente als volgt: 24 punten (van de maximaal 45 punten) op People, 22 punten (van de 50) op Planet en 18 punten (van de 50) op Profit. We staan daarmee op plaats 142 van de 190 gemeenten die de duurzaamheidsmeter hebben ingevuld. Van de 56 Gelderse gemeenten hebben 21 gemeenten meegedaan. Bij deze 21 Gelderse gemeenten staat Lingewaard op plaats 17.
Tabel 1: Overzicht van de prestaties op de drie themas in de Lokale Duurzaamheidsmeter

Indicator Score Lingewaard Score max People Planet Profit Totaal 24 22 18 64 45 50 50 145

Score (%) 53 % 44 % 36 % 45 %

Hieronder een toelichting op de score van Lingewaard per aspect; people, planet en profit. People Hierbij gaat het om relaties tussen mensen. Themas zijn burgerparticipatie, sociaal beleid en en internationale samenwerking. Thema burgerparticipatie: het feit dat burgerparticipatie belangrijk wordt gevonden draagt bij aan de goede score. Zo worden burgerinitiatieven ondersteund, zijn er diverse adviesraden (clintenraad, WMO-raad, jongerenraad etc.) en wordt de tevredenheid van haar burgers gemeten. Thema sociaal beleid: Lingewaard heeft een plan voor maatschappelijke ondersteuning en een actief jeugdbeleid. Er is ook beleid voor volwaardige ondersteuning van mantelzorg en vrijwilligersondersteuning. Er is echter (nog) geen actueel emancipatiebeleid, integraal gehandicaptenbeleid of diversiteitsbeleid. Thema internationale samenwerking: Lingewaard heeft een partnergemeente waarbij de ontwikkeling van beide gemeenten centraal staat. Stichting Ontwikkelingssamenwerking Lingewaard werkt aan bewustwording van mondiale vraagstukken onder inwoners en voert projecten uit in de Derde Wereld. Dat scoort goed. Gemiste punten zijn er omdat we geen Millenniumgemeente zijn.

12

Planet Hier gaat het om de relatie tussen mens en natuur. Thema's zijn klimaat, natuur en milieu en water. Thema klimaat: veel vragen gaan over het lokale klimaatprogramma, dat in Lingewaard onder het milieubeleid valt. We missen punten omdat dit lokale klimaatprogramma niet is geborgd door structureel budget en dit beleid geen aantoonbare prioriteit binnen de gemeente heeft. Thema natuur en milieu: hier scoren we goed op. Er is expliciet ruimte voor ecologisch beheer en er is een bomenbeleid vastgesteld. Er is iemand verantwoordelijk voor het behoud van natuur- en biodiversiteit. Thema water: de gemeente heeft een waterplan, een rioleringsplan en een duurzaam waterbeheer. Gemiste punten komen vooral doordat de gemeente niet actief voorlicht over waterbesparing en doordat er niet actief wordt geanticipeerd op klimaatverandering (zgn. klimaatadaptatie). Profit Hierbij gaat het om het stimuleren van duurzaam ondernemen n zelf het goede voorbeeld geven. Thema's zijn: duurzame overheid (duurzaam inkopen en duurzaam bouwen), duurzame mobiliteit en duurzaam bedrijfsleven. Thema duurzaam inkopen: voor eigen gebruik kopen we 100% groene stroom in. De criteria voor duurzaam inkopen worden bij grote inkopen gehanteerd. De gemeente mist punten doordat niet is vastgelegd dat duurzaamheid het uitgangspunt is van inkoopbeleid, er geen extra budget voor duurzaam inkopen is gereserveerd en de eigen vervoersbewegingen niet erg duurzaam zijn. Thema duurzaam bouwen: het stimuleren van duurzaam bouwen staat in Lingewaard nog niet op de agenda. Er zijn geen meetbare doelen gesteld, er is geen duurzaam-bouwen-cordinator en bouwplannen worden niet structureel gecontroleerd op duurzaamheid. Thema duurzame mobiliteit: we scoren goed op dit thema. De gemeente werkt samen met de Fietsersbond en stimuleert het gebruik van het openbaar vervoer en de fiets. In het mobiliteitsbeleid komen duurzaamheid en milieu terug. Thema duurzaam bedrijfsleven: de gemeente scoort door bij controles en handhaving energiemaatregelen te verlangen. Punten blijven liggen doordat er geen ondernemersloket is waar duurzaam ondernemen wordt gepromoot en er geen duurzame bedrijventerreinen zijn.

13

2.5

Conclusie

Duurzaamheid is niet nieuw voor de gemeente Lingewaard, er wordt aandacht besteed aan duurzaamheid in verschillende beleidstukken en activiteiten. Op basis van de informatie uit dit hoofdstuk kunnen per onderdeel van duurzaamheid de sterke en zwakke punten benoemd worden. Wat sociale duurzaamheid betreft zijn we goed op weg. Zowel met burgerparticipatie, sociaal beleid en internationale samenwerking. Er is veel aandacht voor bijvoorbeeld jongeren- en ouderenparticipatie. In de sociale ambities wordt duurzaamheid expliciet benoemd. Er zijn verschillende raden die gevraagd en ongevraagd advies kunnen geven, zoals een jongerenraad, WMO advies raad en Clintenraad WWB. Aandacht kan worden besteed aan emancipatiebeleid, gehandicaptenbeleid en diversiteitsbeleid. Daarnaast kunnen de stedenband en de steun aan Stichting Ontwikkelingssamenwerking Lingewaard meer onder de aandacht worden gebracht als belangrijke activiteiten op het gebied van sociale duurzaamheid. Bij ecologische duurzaamheid ontbreekt de financile borging van het duurzaamheid- en klimaatbeleid. Dit ondermijnt de doelen op dat gebied. De gemeente zal zich zonder budget vooral vanuit de wettelijke taken als toetser, vergunningverlener en handhaver moeten opstellen. Voorlichting op scholen en het stimuleren van energiebesparende maatregelen verdienen de aandacht. Wat al goed wordt opgepakt is het groen- en waterbeleid. Op economische duurzaamheid valt veel winst te behalen. Wat opvalt is dat er geen actueel economisch beleid is. Duurzaam bouwen staat nog niet geagendeerd, terwijl de CO2 uitstoot in de sector woningen is in de gemeente Lingewaard gemiddeld genomen hoger is dan in de provincie en het landelijke gemiddelde. De gemeente is goed op weg met duurzaam inkopen, maar de borging ontbreekt. Bij grote inkopen worden de inkoopcriteria van AgentschapNL gebruikt, maar bij veel kleine inkopen is dit nog niet standaard. Het is belangrijk dat iedere afdeling zich hier verantwoordelijk voor gaat voelen. Daarnaast kan de gemeente nog veel doen aan het stimuleren van duurzaam ondernemen. Positief binnen economische duurzaamheid is de aandacht voor het milieu in het gemeentelijk mobiliteitsbeleid en het stimuleren van gebruik van het openbaar vervoer en de fiets bij medewerkers.

14

DEEL II BELEID

15

Hoofdstuk 3

Visie en ambitie

Duurzaamheid heeft betrekking op bijna alle terreinen van het gemeentelijk beleid. Visie en ambities geven richting aan het beleid en de activiteiten van de gemeente. Het coalitieakkoord biedt goede aanknopingspunten voor een visie op duurzaamheid. Dit wordt in de eerste paragraaf toegelicht. Met deze richting en de analyse van de huidige situatie uit het vorige hoofdstuk is antwoord te geven op de vragen wat de visie van de gemeente op duurzaamheid is (paragraaf 3.2) en wat de gemeente met duurzaamheidsbeleid wil bereiken (ambities, paragraaf 3.3). Concrete doelen komen vervolgens aan bod in paragraaf 3.4.

3.1

Coalitieakkoord

Duurzaamheid komt in alle hoofdstukken van het coalitieakkoord aan de orde. Hieronder wordt volstaan met een aantal zinsneden uit het coalitieakkoord die een richting aangeven.

Duurzaamheid met aandacht voor evenwicht tussen ecologische, economische en sociale belangen bij de inrichting van de gemeentelijke samenleving

De gemeente heeft een voorbeeldfunctie op het gebied van duurzaamheid Duurzaamheid vanzelfsprekend in het gemeentelijk beleid en in het feitelijk handelen Directe betrokkenheid van burgers bij beleidsvorming Alle inwoners kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven Aandacht evenwichtiger samenstelling van de bevolking Aandacht voor preventie; investeren in voorzieningen zoals jongerenwerk, gezinscoaching, opvoedingsondersteuning en leerplichthandhaving

Een goede afstemming van gezondheid, woongenot en maatschappelijk welzijn Eigen verantwoordelijkheid van burgers bij de invulling van hun leefomgeving met aandacht voor veiligheid (buurtpreventie), milieu en cultuur (voorzieningen)

Ontwikkeling talenten personeel Integrale ontwikkeling optimalisatie van het openbaar vervoer in Lingewaard Stimuleren innovatieve milieuvriendelijke bedrijvigheid Aandacht voor veiligheid en geluidsoverlast op de dijken Een veilige school voor iedereen Verdere ontwikkeling van de brede school Op peil houden van de kwaliteit van schoolgebouwen

16

3.2

Visie

De gemeente Lingewaard heeft een belangrijke (voorbeeld) functie bij het verder verduurzamen van de samenleving. Daarin nemen we onze verantwoordelijkheid. In alles wat we doen zoeken we een duurzame balans tussen ecologische, economische en sociale doelen en proberen we anderen aan te zetten tot duurzaam gedrag.

3.3

Ambitie

Onze ambitie is om n van de duurzaamste gemeenten van Gelderland worden. Als organisatie en uiteindelijk als gemeente streven we ernaar om geen CO2 uit te stoten. Dit kunnen we niet alleen; we richten ons daarom ook op het faciliteren en stimuleren van duurzame initiatieven en ideen uit de samenleving.

3.4

Doelen

De Lingewaardse ambitie is vertaald naar doelen. Daarnaast zijn er bestaande doelen vermeld op sociale, ecologische en economische duurzaamheid. 1. Lingewaard staat in 2013 in de top 100 van duurzame gemeenten uit de benchmark lokale duurzaamheidsmeter. 2. Lingewaard staat in 2020 in de top 5 van duurzame gemeenten in Gelderland 3. Lingewaard is in 2020 een klimaatneutrale organisatie 4. Lingewaard is in 2040 een klimaatneutrale gemeente Bestaande doelen sociaal beleid (people)2: 5. In 2012 verricht 40% van de inwoners vrijwilligerswerk (t.o.v. 30% in 2008) 3. 6. In 2012 geeft de burger als wijkbewoner een rapportcijfer 7 voor voorzieningen (verenigingen, clubs en welzijnsvoorzieningen) 4

Doelen uit de Beleidsnotitie vrijwilligersondersteuning Lingewaard 2010-2013

3 Peiling in 2013 middels de 4-jaarlijkse Monitor Volwassenen van Hulpverlening Gelderland Midden 4 Peiling middels de monitor www.waarstaatjegemeente.nl

17

Bestaande doelen milieu beleid (planet)5: 7. Lingewaard realiseert vanaf 2012 een energiebesparing van 2% per jaar 8. Lingewaard heeft in 2020 een reductie van 30% op broeikasgassen gerealiseerd ten opzichte van 1990 (het gaat dan zowel om CO2 als overige broeikasgassen, zoals lachgas en methaan); 9. Lingewaard gebruikt in 2020 20% duurzame energie Bestaande doelen economie (profit) Het meest recente economisch beleid van de gemeente Lingewaard dateert uit 20066. De doelen uit dit stuk hebben een doorlooptijd tot 2015. In de doorlooptijd worden deze doelen vooralsnog niet geactualiseerd. In plaats van de doelen uit dit beleid te gebruiken wordt daarom verwezen naar de actuele economische opgaven die in de structuurvisie (2011) aan bod komen. 10. Het bevorderen van economische activiteit passend bij het schaalniveau (lokaal, regionaal en boven regionaal) en de bereikbaarheid van de lokatie 11. Het bevorderen van een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor inwoners en ondernemers onder andere door: moderniseren bestemmingsplannen, vraaggericht bouwen, revitaliseren en herstructureren bedrijventerreinen, bereikbaarheid verbeteren

5 Doelen uit de Beleidsnotitie vrijwilligersondersteuning Lingewaard 2010-2013. 6 Ondernemen bij de LINGE: het investeren WAARD, economisch beleidsplan gemeente Lingewaard (2006)

18

Hoofdstuk 4

Uitgangspunten

Op basis van de visie van de gemeente kunnen een vijftal uitgangspunten onderscheiden worden.

4.1

Borgen en aanvullen op integrale themas

In dit duurzaamheidsbeleid worden bestaande beleidsstukken ondergebracht onder het thema duurzaamheid. Wat al gebeurt, dient als uitgangspunt. De ambities om in de top 5 van Gelderse duurzame gemeenten te komen, klimaatneutraal te worden en een top 100 positie bij de benchmark lokale duurzaamheid te behalen vergen echter meer inzet. Het duurzaamheidsbeleid wordt daarom aangevuld, onder andere op basis van de bevindingen uit hoofdstuk 2. Om het begrip duurzaamheid in de organisatie vorm te geven en te verankeren wordt het onderverdeeld in vijf duurzaamheidsthemas. Deze themas vormen de basis voor het uitvoeringsprogramma en beslaan alle facetten van duurzaamheid. Ze komen terug in landelijk en provinciaal beleid en worden ook in het milieubeleidsplan grotendeels aangehouden. De themas zijn: duurzaam leven; duurzame organisatie; duurzame economie; duurzame mobiliteit; duurzaam inrichten en bouwen.

4.2

Duurzaamheid: ecologisch, economisch n sociaal

Bij duurzaamheidsbeleid ligt in veel gemeenten de nadruk op klimaatbeleid. Ons duurzaamheidsbeleid besteedt aandacht aan zowel ecologische duurzaamheid (milieu/klimaat), als economische en sociale duurzaamheid. Bij duurzaam bouwen bijvoorbeeld wordt niet alleen naar energiebesparing gekeken, maar ook naar de levensbestendigheid en de toegankelijkheid voor gehandicapten. Hiermee wordt het thema echt integraal opgepakt.

4.3

Flexibel beleid

Dit duurzaamheidsbeleid geeft een visie en ambitie van de gemeente op duurzaamheid en schept de kaders waarbinnen duurzaamheid vorm gaat krijgen binnen de gemeente. Er wordt echter niet voor vier jaar vastgelegd wat er gaat gebeuren. We willen flexibel blijven en in kunnen spelen op kansen (subsidies, samenwerkingsverbanden) en lokale behoeften.

4.4

Gemeente voornamelijk als makelaar

We gaan bij de invulling van dit beleid uit van de vraag uit de gemeente. Het is aan burgers, maatschappelijke instellingen en bedrijven om duurzaamheid te laten leven binnen de gemeente. Alleen dan heeft duurzaamheid kans van slagen. De gemeente kan duurzame initiatieven of ideen faciliteren en stimuleren, maar er wordt niets voorgeschreven.

4.5

Gebruik bestaande financile middelen

Duurzaamheid wordt de standaard binnen alle teams. Extra kosten worden binnen budgetten opgelost. Het budget duurzaamheid wordt nadrukkelijk niet ingezet om de meerkosten van projecten te dekken.

19

DEEL III UITVOERING

20

Hoofdstuk 5

Opzet uitvoeringsprogramma

Aan de hand van de visie, ambitie, doelen en uitgangspunten voor dit duurzaamheidsbeleid kan een uitvoeringsprogramma worden vormgegeven. In dit hoofdstuk een opzet voor de invulling van dit uitvoeringsprogramma, waarmee al enige richting wordt gegeven. De opzet is ingedeeld aan de hand van de vijf duurzaamheidthemas: duurzaam leven; duurzame organisatie; duurzame economie; duurzame mobiliteit; duurzaam inrichten en bouwen. Per thema in dit hoofdstuk een kort overzicht bestaande uit de volgende onderdelen: 1. Relevant beleid /agendas, in- en extern 2. Huidige doelen en te borgen activiteiten uit gerelateerde beleidsstukken 3. Betrokken partijen 4. Aandachtspunten binnen het thema op basis van de bevindingen uit hoofdstuk 2 5. Accenten in de vorm van jaarprojecten; projecten gekozen op basis van de bevindingen uit hoofdstuk 2 en de aansluiting op nationale, regionale en lokale agendas. Daarnaast leveren deze projecten een significante bijdrage aan het realiseren van de Lingewaardse ambities, hebben ze een grote zichtbaarheid, een groot bereik en inspirerende werking. In welk jaar deze jaarprojecten worden uitgevoerd komt terug in het uitvoeringsprogramma 6. Een eerste aanzet voor de invulling van het uitvoeringsprogramma Het uitvoeringsprogramma 2012-2015 wordt na het vaststellen van dit beleid vormgegeven en zal jaarlijks gevalueerd en geactualiseerd worden. Op deze manier kunnen de accenten die hier worden gelegd worden toegesneden op behoeften / ideen in de samenleving en kansen die zich voordoen op het gebied van bijvoorbeeld subsidies. Dit past in de ambitie om in te spelen op lokale behoeften en/of kansen en flexibel genoeg te blijven om duurzame ontwikkelingen te kunnen meenemen in het beleid.

5.1

Duurzaam leven

Het succes van duurzaamheidsdoelen hangt mede af van de inzet van inwoners. Kiezen zij ervoor om duurzame keuzes te maken bij hun aankopen, in hun werk en privleven? Als consument laten burgers zich vaak leiden door prikkels. Hoe aantrekkelijker en breder het aanbod van duurzame producten en diensten is, hoe groter de kans dat de burger zal kiezen voor duurzaamheid. De burger kan ook zelf duurzaam aan de slag gaan. Ideen en voornemens stranden echter vaak vanwege gebrek aan kennis over wat men kan en wat het oplevert, juridische hobbels, onduidelijke financieringsmogelijkheden, etc. Er zijn Lingewaardse initiatieven die worden opgestart en uitgevoerd, maar het is voor de meeste inwoners moeilijk tot handelen over te gaan. Dit geldt overigens niet alleen voor burgers, maar ook voor verenigingen van eigenaren, sportverenigingen, etc. Dat is jammer, want de wl is er vaak wel. We willen hen faciliteren en stimuleren, zodat het hoe wat makkelijker wordt en het niet bij plannen blijft, maar dat we resultaten boeken.

21

Relevant beleid/ agendas, in- en extern Sociale ambities, milieubeleidsplan, WMO-beleid 2012-2015 Huidige doelen uit gerelateerde beleidsstukken In 2012 verricht 40% van de inwoners vrijwilligerswerk (t.o.v. 30% in 2008) 7 In 2012 geeft de burger als wijkbewoner een rapportcijfer 7 voor voorzieningen (verenigingen, clubs en welzijnsvoorzieningen) 7 Borgen Stichting Ontwikkelingssamenwerking Lingewaard en de stedenband met Mizil, om mondiaal burgerschap te stimuleren (sociale duurzaamheid). Betrokken partijen Burgers, duurzame instellingen, verenigingen, ondernemers, scholen en kennisinstellingen Aandachtspunten Gehandicaptenbeleid, emancipatiebeleid, mondiaal burgerschap Jaarproject Samenwerken met scholen om duurzaam gedrag onder scholieren te stimuleren Een eerste aanzet voor de invulling van het uitvoeringsprogramma Burgers informeren over duurzaamheid; het duurzaamheidsbeleid; aanbod duurzame producten, diensten, instellingen in de gemeente; mogelijkheden maatschappelijke taken zoals vrijwilligerswerk; energie-, water en afvalbesparing (website gemeente) Inventariseren / faciliteren mogelijkheden gebruik nieuwe energie voor en door burgers (bijvoorbeeld inventarisatie regelgeving zonnepanelen en waar mogelijk/nodig aanpassen, mogelijkheden verkennen voor verenigingen om zonnepanelen te plaatsen en de stroom af te laten nemen door leden)

5.2

Duurzame organisatie

In het coalitieakkoord wordt nadrukkelijk de voorbeeldfunctie van de gemeente op het gebied van duurzaamheid genoemd. Terecht: de gemeente krijgt meer partijen in beweging als ook de eigen inzet op het gebied van duurzaamheid overtuigt. Vanuit de gemeente kan dit thema vanuit twee invalshoeken worden bekeken: een interne en een externe. Intern heeft een duurzame organisatie betrekking op alle activiteiten van de gemeente zelf. De wijze waarop wordt bestuurd en hoe medewerkers met economische, sociale en milieuvraagstukken omgaan zijn belangrijke onderdelen. Extern is grote winst te behalen door meer duurzaam in te kopen en aan te besteden. Niet alleen geeft de gemeente dan het goede voorbeeld, het is ook een stimulans aan leveranciers en andere marktpartijen om duurzaam te ondernemen. Door de omvang van de gemeentelijke vastgoedportefeuille en het grote inkoop- en aanbestedingsvolume betekent het een flinke stimulans voor verduurzaming van de gemeente. Deelname aan Europese projecten en aansluiten bij relevante netwerken bieden een goede mogelijkheid om kennis te delen en eerder aanspraak te maken op subsidies.

Doelen uit de Beleidsnotitie vrijwilligersondersteuning Lingewaard 2010-2013

22

Relevant beleid/ agendas, in- en extern inkoopbeleid Huidige doelen uit gerelateerde beleidsstukken 100% duurzaam inkopen in 20158 Borgen duurzame openbare verlichting; digitaliseren gemeentelijke dienstverlening Betrokken partijen Bedrijven, eigen medewerkers Aandachtspunten diversiteitsbeleid Jaarproject verduurzamen van gemeentelijke gebouwen Een eerste aanzet voor de invulling van het uitvoeringsprogramma Draagvlak duurzaamheid onder medewerkers vergroten. Medewerkers en management stimuleren/ inspireren om duurzaamheid te integreren in plannen en uitvoering, deelname Make A Difference Day onder medewerkers stimuleren Mogelijkheden verkennen om aan te sluiten bij nuttige netwerken om ons als gemeente te profileren, kennis te halen en bewustwording te stimuleren (zie bijlage III voor uitleg): Covenant of Mayors, Fairtade gemeente, Milenniumgemeente

5.3

Duurzame economie

Bedrijven vormen een zeer belangrijke economische factor. Ze zijn onmisbaar bij het realiseren van de duurzaamheidsambitie van Lingewaard. Bedrijven zijn via wettelijke kaders en convenanten met het Rijk gebonden aan duurzaamheidsdoelstellingen. Daarnaast kunnen zij zelf het initiatief nemen om te verduurzamen, vanuit een economisch belang (imago of direct economisch voordeel), en/of een idealistisch belang (willen bijdragen aan een betere wereld). Vooral voor grote bedrijven is duurzaamheid tegenwoordig een integraal onderdeel van hun corporate identity. Kleinere bedrijven en instellingen gaan vaak niet verder dan wat wettelijk via vergunningen geregeld is. In een gemeente als Lingewaard met veel middelgrote en kleine bedrijven pikt het bedrijfsleven in haar volle breedte het thema duurzaamheid nog niet als vanzelfsprekend op. Tijdens een bijeenkomst van de lokale ondernemersvereniging VERON over maatschappelijk verantwoord ondernemen gaf 60% van de ondernemers aan duurzaamheid niet te borgen. Relevant beleid/ agendas, in- en extern economisch beleid, Provincie Gelderland: bedrijventerreinen van de toekomst Huidige doelen uit gerelateerde beleidsstukken Het bevorderen van economische activiteit passend bij het schaalniveau (lokaal, regionaal en boven regionaal) en de bereikbaarheid van de lokatie Het bevorderen van een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor inwoners en ondernemers onder andere door: moderniseren bestemmingsplannen, vraaggericht bouwen, revitaliseren en herstructureren bedrijventerreinen, bereikbaarheid verbeteren Borgen het bevorderen en/of stimuleren van duurzame land- en tuinbouwbedrijven Betrokken partijen Bedrijven

Milieubeleidsplan

23

Aandachtspunten economisch beleid actualiseren Jaarproject Vestigingsklimaat verbeteren door Pannenhuis 1 duurzaam te revitaliseren (sluit aan op agenda provincie) Een eerste aanzet voor de invulling van het uitvoeringsprogramma Stimuleren duurzame energieproductie en benutting Verduurzamen bestaande bedrijventerreinen Energiebesparing stimuleren MKB Duurzaam ondernemen stimuleren Stimuleren van innovatie en verduurzaming van de glastuinbouw. Het versterken van de economische activiteit in en rond de kernen

5.4

Duurzame mobiliteit

De CO2 uitstoot binnen de gemeente is voor een groot deel toe te schrijven aan verkeer op de weg en vervoer over water. De verwachting is dat de mobiliteitsvraag de komende jaren sterk zal groeien, en daarmee ook de uitstoot (dit mede door de eventuele doortrekking van de A15). Dankzij technologische ontwikkelingen wordt veel vooruitgang geboekt om de vervoerssector schoner, stiller en efficinter te maken. Hier kan de gemeente van profiteren. Relevant beleid/ agendas, in- en extern Gemeentelijk Mobiliteitsplan, Ruimtelijke Structuurvisie Stadsregio - vervoersconcessie, Groene Kracht Huidige doelen uit gerelateerde beleidsstukken Goed bereikbaar blijven met behoud van de ruimtelijke kwaliteit 9

Borgen Stimuleren gebruik openbaar vervoer en fiets, met name voor woon-werkverkeer Aandachtspunten Jaarproject Verduurzamen gemeentelijke vervoersbewegingen (sluit aan op agenda stadsregio en provincie) Een eerste aanzet voor de invulling van het uitvoeringsprogramma Stimuleren stiller, schoner en veiliger verkeer: mogelijkheden verkennen voor gebruik biodiesel, biogas, inzet elektrische en hybride voertuigen, stillere banden Bereikbaarheid: mogelijkheden onderzoeken om vervoersstromen in en naar de kernen terug te dringen en te verduurzamen; vervoersbewegingen over de weg terugdringen; transport over spoor en water stimuleren Ontmoedigen autogebruik door bieden van alternatieven (oa. het openbaar vervoer (buslijn 300, stimuleren fiets met goed fietsnetwerk ( o.a. snelfietsroute)

Terugdringen aantal autos: autodelen stimuleren


Bij nieuwe ontwikkelingen het ruimtegebruik en de vervoermogelijkheden op elkaar afstemmen. Dit betreft een goede ontsluiting van woon- en werklokaties voor auto en/of openbaar vervoer, en veilige verbindingen voor langzaamverkeer

9 Gemeentelijk Mobiliteitsplan (2008)

24

5.5

Duurzaam inrichten en bouwen

Duurzame gebiedsontwikkeling is een belangrijk middel om duurzaamheidambities in de praktijk te realiseren. De structuurvisie geeft een overkoepelende visie waarin wordt geschetst hoe de gemeente zich de komende jaren op het gebied van inrichten en bouwen zal ontwikkelen. Duurzaamheid speelt hier een rol bij. Dat houdt in dat er bij het inrichten van de ruimte rekening wordt gehouden met mensen, welzijn en milieu op alle niveaus van de planontwikkeling. Duurzaam bouwen staat voor het ontwikkelen en beheren van de gebouwde omgeving met respect voor mens en milieu en is daarmee een onderdeel van de kwaliteit van de gebouwde omgeving. De gemeente is al bezig met duurzaam bouwen, voornamelijk bij nieuwbouwprojecten worden de landelijke eisen nageleefd. Bij beheer en onderhoud hebben duurzame maatregelen de voorkeur. Van een concreet duurzaam- bouwen beleid in Lingewaard is momenteel nog geen sprake. Relevant beleid/ agendas, in- en extern sociale ambities, ruimtelijke structuurvisie, gebouwenbeheer, rapport De dijk als as van ontwikkeling, agenda stadsregio (groene kracht, convenant duurzaam bouwen), agenda Milieusamenwerking Regio Arnhem Huidige doelen uit gerelateerde beleidsstukken meer dan 50% verlaging van energieverbruik van woningen in 2020 energieneutrale nieuwbouw in 2020

Borgen Betrokken partijen Coperaties, beleggers, ontwikkelaars, bouwers, verhuurders, architecten, woningbezitters, Verenigingen van Eigenaren, stadsregio, Milieusamenwerking Regio Arnhem Aandachtspunten Behouden van natuur, duurzaam bouwen Jaarprojecten
De mogelijkheden voor windenergie in de gemeente laten onderzoeken Bestaande gebouwen verduurzamen - deelname provinciale subsidieregeling woningisolatie Verkennen mogelijkheden zonne-energie, deze betrekken bij ruimtelijke plannen
10

Een eerste aanzet voor de invulling van het uitvoeringsprogramma Het behoud van natuur en landschap borgen bij ruimtelijk beleid (bouwplannen, groenbestemming e.d.) en bij het beheer van de openbare ruimte (geen gebruik chemische bestrijdingsmiddelen, ecologisch beheer, tijdige investering in nieuwe bomen etc.).
Het versterken van de leesbaarheid van het landschap (cultuurhistorie, Betuws landschap) Verduurzamen bestaande bouw. Andere partijen aanzetten om duurzaam te gaan inrichten, renoveren en beheren, mede op basis van de aandacht voor een goede afstemming van gezondheid, woongenot en maatschappelijk welzijn.

Mogelijkheden duurzame nieuwbouw verkennen. Duurzaamheid in plannen opnemen en duurzaam ontwikkelen centraal stellen (levensbestendig bouwen, passend in de omgeving, klimaatneutraal)

10 De provincie Gelderland heeft een subsidieregeling voor woningisolatie met als doel eigenaar-bewoners te stimuleren om de schil van de woning (vloer, muur of dak) te isoleren. Gemeenten kunnen deze subsidie (maximaal 500 per woning) voor woningen aanvragen. Burgers kunnen dan bij de gemeente terecht voor deze subsidie.

25

Hoofdstuk 6

Financieel kader

Om duurzaamheid vorm te geven is ondersteuning met financile middelen onontbeerlijk. In de begrotingsraad van 10 november jl. is vastgesteld dat er voor het uitvoeringsprogramma duurzaamheid een budget van 600.00 beschikbaar is in de periode 2012-2015. De verdeling over de jaren is als volgt: in 2012 is er 75.000 beschikbaar, de 3 jaren erop, dus van 2013 tot en met 2015, 175.000 per jaar. In dit hoofdstuk een globale opzet voor de besteding van het budget. In hoofdstuk 4 is als uitgangspunt gesteld dat waar mogelijk de financile uitwerking plaatsvindt binnen de betrokken afdelingen / teams. Voor nieuwe activiteiten en projecten op het gebied van duurzaamheid worden middelen beschikbaar gesteld vanuit het duurzaamheidsbeleid. Daarnaast wordt waar mogelijk gebruik gemaakt van subsidies. In het uitvoeringsprogramma 2012-2015 volgt een uitgewerkte financile paragraaf, met zowel kosten als benodigde personele inzet. Hierin worden ook de mogelijkheden voor een revolverend fonds meegenomen. Dit houdt in dat de winst die duurzame maatregelen opleveren (bijvoorbeeld isolatiemaatregelen voor gemeentelijke gebouwen die een lagere energierekening opleveren) wordt gestort in een fonds waaruit nieuwe duurzame activiteiten kunnen worden betaald.

6.1

Functies

Dit budget heeft 3 functies. Het wordt ingezet om: 1. De duurzaamheidsdoelen te behalen 2. Kansen/ initiatieven in de gemeente te financieren 3. Investeringen te kunnen doen die worden ingezet als cofinanciering, waarmee het genvesteerde bedrag kan worden verveelvoudigd. Bijvoorbeeld voor aardwarmte op Bergerden of een haalbaarheidsstudie naar windmolens.

6.2

Rubrieken

Het budget kan worden onderverdeeld in de volgende rubrieken: 1. Projecten op de vijf themas Bijvoorbeeld deelname aan de subsidieregeling voor woningisolatie van de provincie (thema duurzaam inrichten en bouwen). Met deze regeling kunnen eigenaar-bewoners een subsidie van maximaal 500 krijgen om de schil van hun woning te isoleren. Gemeenten kunnen deze subsidie aanvragen bij de provincie en vervolgens aan inwoners aanbieden. Lingewaard kan bij een eigen besteding van 9.000 voor 200 woningen subsidie aanvragen, ter waarde van 100.000.

26

2. Haalbaarheidsonderzoeken Bijvoorbeeld naar de mogelijkheden voor windenergie. 3. Communicatie Projectcommunicatie, informatie zichtbaar maken, stimuleren bewustwording 4. Organiseren activiteiten, faciliteren lokale initiatieven Bijvoorbeeld een straatfeest, duurzaamheidsfestijn, energiemarkt 5. Monitoren voortgang projecten en ontwikkelingen volgen

27

Hoofdstuk 7

Borging

Goede borging is bij dit duurzaamheidsbeleid van groot belang. Duurzaamheidsbeleid beperkt zich niet tot n afdeling, maar dient in de gehele organisatie verankerd te worden. Het is daarnaast ook bij uitstek een kwestie van een lange adem. Borging wordt in dit hoofdstuk op drie niveaus bekeken; in de organisatie (paragraaf 7.1), de borging van het beleid (paragraaf 7.2), en tot slot de borging van de uitvoering (paragraaf 7.3).

7.1

Borging in de organisatie

In 2012 wordt gestart met het vormgeven van het uitvoeringsprogramma met betrokken teamleiders en beleidsmedewerkers op elk thema. Zij zijn de inhoudelijke experts en kunnen zo hun eigen inbreng leveren op vakgebied. De duurzaamheidcordinator - de naam zegt het al - cordineert, zorgt voor inhoudelijke en procesmatige ondersteuning en verzorgt de rapportage aan het bestuur. Bestuurlijke cordinatie ligt bij de wethouder duurzaamheid, Barth van Eeten. Bestuurlijk is er daarnaast een verantwoordelijk portefeuillehouder op elk van de vijf themas. De portefeuillehouders zullen nauw betrokken worden bij de vormgeving van het uitvoeringsprogramma en de uitvoering zelf. In onderstaand overzicht is aangegeven welke portefeuillehouder verantwoordelijk is voor welk thema.
Tabel 2: Overzicht verantwoordelijke portefeuillehouder per thema

Thema

Verantwoordelijk portefeuillehouder Barth van Eeten Theo Janssen Harry de Vries Kees Telder Frans Schut

Duurzaam leven Duurzame organisatie Duurzame economie Duurzame mobiliteit Duurzame inrichting en bouw

Assessment Om na te gaan of het duurzaamheidsbeleid voldoende organisatorisch geborgd is wordt in najaar van 2013 een klimaatassesment uitgevoerd. Deze organisatiescan is ontwikkeld door Agentschap NL. Het is in eerste instantie een klimaatassesment maar zo opgezet dat het ook is te verbreden naar duurzaamheid.

28

7.2

Borging van beleid

Om duurzaamheid intern te borgen, wordt vanaf 2012 een duurzaamheidsparagraaf opgenomen in de collegevoorstellen. Om te voorkomen dat deze willekeurig wordt ingevuld, dienen twee punten in ieder geval te worden behandeld: 1. effectiviteit van de bijdrage aan het bereiken van de doelen en ambities; 2. zichtbaarheid bij, en betrokkenheid (ook financieel) van burgers, bedrijven en instellingen Deze punten zijn vrij aan te vullen met relevante informatie. Bijvoorbeeld: Een voorstel om autos uit het gemeentelijk wagenpark bij vervanging in te ruilen voor groen gas autos. Dit is een duurzaam voorstel: 1. Groen gas is milieuvriendelijker en zorgt voor een lagere CO2 uitstoot. Dit draagt bij aan verschillende doelen; een klimaatneutrale gemeente worden, een klimaatneutrale organisatie, een reductie van 30% op broeikasgassen. 2. Met groen gas autos geeft de gemeente het goede voorbeeld. De autos rijden door de gemeente en zijn dus zichtbaar voor burgers. Via de afdeling communicatie kan er een sticker op de auto worden geplaatst dat de auto op groen gas rijdt. Voor de benodigde investering in autos is subsidie mogelijk van de stadsregio.

7.3

Borging van de uitvoering

Hier ligt een belangrijke rol voor communicatie. Duurzaamheid begint met bewustwording. Voorlichting en regelmatige communicatie over duurzaamheid zijn van groot belang om deze bewustwording te stimuleren. Medewerkers kunnen door regelmatige communicatie gestimuleerd en genspireerd worden om duurzaamheid te integreren in plannen en uitvoering en zelf duurzaam te doen. Daarnaast is communicatie belangrijk om projecten en acties op het gebied van duurzaamheid zichtbaar te maken. Zichtbare resultaten hebben een inspirerende werking en ondersteunen tevens bij de profilering van de gemeente als duurzame gemeente.

29

BIJLAGEN

30

Bijlage I

Duurzaamheid in huidig gemeentelijk beleid

In deze bijlage een aanvulling op genoemde beleidstukken uit hoofdstuk 2 plus andere bestaande beleidsstukken met raakvlakken met duurzaamheid.

1. Coalitieakkoord (2010)
Een aantal passages waar duurzaamheid terugkomt: Fundamentele waarden en beginselen Respect voor de burgers met open communicatie, directe betrokkenheid bij beleidsvorming en continue verantwoording Eigen verantwoordelijkheid van de burgers bij de invulling van hun leefomgeving met aandacht voor veiligheid, milieu en cultuur Duurzaamheid met aandacht voor evenwicht tussen ecologische, economische en sociale belangen bij de inrichting van de gemeentelijke samenleving Sociale betrokkenheid met maatwerk gericht op deelname van alle burgers aan het maatschappelijk leven. Visie Alle coalitiepartijen zijn zich ervan bewust dat de gemeente een voorbeeldfunctie heeft op het gebied van duurzaamheid. Daaronder wordt o.a. verstaan: duurzaam ruimtegebruik, sociale duurzaamheid, duurzame inkoop en energiebesparing

2. Milieubeleidsplan (2010)
In het milieubeleidsplan is veel aandacht voor klimaat en duurzaamheid. Er zijn doelen gesteld en afspraken gemaakt op zes thema's; duurzame overheid; duurzame energieproductie; schone en zuinige mobiliteit; energiezuinige gebouwde omgeving; duurzame (agrarische) bedrijven en een klimaatbestendige leefomgeving. Deze thema's worden gentegreerd bij de duurzaamheidsthema's. Uitgangspunten De gemeente is voortrekker bij het agenderen van klimaatverandering, het ontwikkelen van een visie hierop en het tonen van leiderschap bij het stimuleren van innovatie. De gemeente Lingewaard is pas geloofwaardig als ze zelf het goede voorbeeld geeft.

Doelstellingen 30% reductie van broeikasgassen in 2020 ten opzichte van 1990 (het gaat dan zowel om CO2 als overige broeikasgassen, zoals lachgas en methaan); 2% energiebesparing per jaar; 20% duurzame energie in 2020

31

3. Sociale ambities/ WMO beleidsplan (2011)


Lingewaard wil ook in de toekomst een sociale gemeente blijven met een goed voorzieningenpakket voor de burgers die dat nodig hebben. Daarbij hoort een leefklimaat waarin iedere burger zijn/haar plek kan vinden, volwaardig lid van de lokale samenleving kan zijn en waar de gemeente de voorwaarden schept voor zelfredzaamheid en saamhorigheid. Het belangrijke punt van sociale duurzaamheid dat burgers worden betrokken bij het werk van de gemeente is opgenomen als speerpunt. Participatie staat voor meedoen aan de samenleving. Dat gaat verder dan het compenseren van lichamelijke of geestelijke beperkingen. Participatiebeleid richt zich ook op versterking van de eigen kracht van burgers, op het voorkmen van isolement, het bestrijden van armoede, het activeren tot het verrichten van maatschappelijke taken en tot (on-) betaalde arbeid volgens het principe van de zgn. participatieladder. Ook in de ambities uit het sociale domein komt sociale duurzaamheid vaak terug. Het is zelfs als apart punt opgenomen. 1. Iedereen doet mee en iedereen doet ertoe 2. Burgers hebben de regie over eigen leven 3. Vangnet voor wie niet zelf kan 4. Breed pakket voorzieningen en diensten bereikbaar 5. Voor wat hoort wat 6. Duurzaamheid ook op sociaal gebied 7. Goed wonen en leven in Lingewaard 8. Zelfsturing op lokaal niveau 9. Gemeente schept voorwaarden 10. Gemeente monitort en stelt bij

4. Gemeentelijk mobiliteitsplan (2008)


Een bereikbare gemeente met behoud van de ruimtelijke kwaliteit. Daarvoor is het van belang duidelijke hoofdlijnen te schetsen, maar ook steeds op lokaal niveau de juiste balans te zoeken tussen verkeer en omgeving. De visie is integraal omdat ze de koppeling legt tussen regionale bereikbaarheid, lokale bereikbaarheid, veiligheid en leefbaarheid. Het gemeentelijk mobiliteitsplan gaat in op de modaliteiten: auto, openbaar vervoer, fiets en veerverbindingen. Er is ook oog voor de bereikbaarheid van toeristisch aantrekkelijke gebieden in Lingewaard. Hoofdpunten van uitwerking: - lokale bereikbaarheid: binnen Lingewaard - regionale bereikbaarheid - leefbaarheid en veiligheid.

5. Gebouwenbeheer (2006)
In het gebouwenbeheer wordt energiebeheer, met registratie van energieverbruik en maatregelen tot energiebesparing , als onderdeel genoemd van een 'gebouwdossier', voor alle gemeentelijke gebouwen en bouwobjecten. Een doelmatig, duurzaam en efficint gebouwbeheer is alleen mogelijk met een dergelijk integraal onderhoudsplan.

32

Bijlage II

Uitkomsten CO2 nulmeting

Onderstaande tabellen komen uit het rapport CO2 voetafdruk en reductieplan gemeente Lingewaard (2011), opgesteld door Synthese adviesgroep.

1.

Binnen de gemeentegrenzen

Tabel 3: CO2 uitstoot (ton) op het grondgebied van de gemeente Lingewaard

CO2 uitstoot per emissiebron


Afvalverwijdering Bouw Consumenten Handel, diensten en overheid Landbouw Overige industrie Riolering en waterzuiveringsinstallaties Verkeer en vervoer Energiesector Totale CO2 uitstoot gemeente Lingewaard

1990
11.583 1021 52.074 11.330 132.950 68.636 0 87.963 883 355.878

2008
552 988 52.041 13.001 124.681 24.340 1.065 97.262 297 314.196

Tabel 4: De gemiddelde uitstoot CO2 (ton) per inwoner van de gemeente vergeleken met het

gemiddelde per inwoner van de provincie Gelderland en Nederland.( 2008, Klimaatmonitor) CO2 emissie per inwoner Gemeente Lingewaard
2.15 0.59 0.14 0.32 0.22 0.67

Provincie Gelderland
2.09 0.78 0.32 0.64 0.27 0.24

Nederland

Woningen Commercile dienstverlening Publieke dienstverlening Industrie Huishoudelijk afval Land- en bosbouw en visserij

2.01 0.53 0.19 0.43 0.30 0.16

33

3.

De gemeentelijke organisatie

Tabel 5: CO2 uitstoot (kg) van de gemeentelijke organisatie

Onderdeel
Gemeentelijke gebouwen electriciteit Openbare verlichting Papierwerk Drukwerk Openbaar vervoer Woon-werk verkeer (auto) Dienstreizen (auto) Openbare werken

Co2 uitstoot (kg)


0 0 14.560 3.868 1.944 262.181 35.674 98.580

34

Bijlage III

Duurzaamheidsnetwerken

1.

Fairtrade gemeente

Fairtrade Gemeente is een eervolle titel die aangeeft dat een gemeente bijzonder veel aandacht besteedt aan fairtrade. Van bedrijven tot het caf om de hoek van school tot sportkantine, in supermarkt en kledingzaak. Om de titel te kunnen behalen moet een gemeente voldoen aan zes campagnecriteria. 1. Lokale werkgroep In de werkgroep zitten mensen uit verschillende werkterreinen, waaronder een vertegenwoordiger van de gemeente. Met elkaar zetten jullie je in om de titel Fairtrade Gemeente te behalen en te behouden. Jouw groep laat jaarlijks zien dat de gemeente nog steeds aan de criteria voldoet. 2. Het gemeentebestuur De gemeente omarmt fairtrade. De gemeenteraad en de verschillende gemeentelijke afdelingen nemen fairtrade op in hun beleid en handelen hier naar. 3. Winkels en horeca Winkels in jouw gemeente verkopen duidelijk zichtbaar eerlijke producten. De horeca serveert fairtrade producten. Het minimaal te behalen aantal fairtrade producten in winkels en horeca wordt bepaald door het aantal inwoners van de gemeente. 4. Bedrijven & organisaties Lokale organisaties (zoals scholen, kerken en verenigingen) en bedrijven gebruiken fairtrade producten. Zij organiseren activiteiten om de kennis over en de betrokkenheid bij fairtrade te vergroten. 5. Media-aandacht Je organiseert een evenement dat media-aandacht trekt, bijvoorbeeld bij het behalen van de titel. Ook ontwikkel je een plan om de campagne gedurende het hele jaar in het nieuws te houden. In de krant, op de radio of televisie. 6. MVO De werkgroep zet een initiatief op om Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen in de gemeente te stimuleren. Dit kan een meerjarig of kortlopend project zijn, bijvoorbeeld op het gebied van biologische of streekproducten, duurzame energie of eerlijk bankieren.

35

2.

Milleniumgemeente

Een Millennium Gemeente is een Nederlandse gemeente die meedoet met een landelijke, door de VNG opgezette actie om mee te helpen om de acht door de Verenigde Naties in 2000 opgestelde millenniumdoelstellingen voor 2015 te halen. Gemeente kunnen zelf bepalen aan welkte twee of meer doelen zij willen werken en hoe zij dit vormgeven. In januari 2010 waren er 137 Millennium Gemeenten die kennis uitwisselen en gezamenlijk werken om de acht doelen te bereiken.

In 2015...

36

3.

Covenant of Mayors

Het Covenant of Mayors is een convenant dat lokale overheden vrijwillig afsluiten. Zij gaan hiermee een verbintenis aan om de EU doelstelling om 20% minder CO2 in 2020 te produceren, te overtreffen op lokaal niveau. Dit door nog efficinter met energie om te gaan en nog meer in te zetten op hernieuwbare energiebronnen. Het convenant gaat uit van de kracht en inspanningen van lokale overheden, vanuit de gedachte dat zij een cruciale rol spelen om wereldwijd wat aan het verminderen van de CO2 uitstoot te doen. Dit blijkt ook uit cijfers: 80% van de CO2 uitstoot is afkomstig van het energieverbruik door stedelijke activiteiten. De kern van het Covenant of Mayors ligt niet in het doen van uitspraken over reductiedoelstellingen, maar in het tegelijk opstellen van acties: concrete maatregelen en projecten om de doelstellingen te bereiken. Wanneer het convenant wordt ondertekend, houden ze niet alleen hun CO2 uitstoot bij in de afgesproken jaren, maar dienen ze bij ondertekening meteen ook hun energieactieplannen in waarin de maatregelen omschreven zijn die ze de komende jaren van plan zijn te nemen. Verschillende gemeenten nemen allemaal op hun eigen manier actie, en de voorbeelden zijn legio. Deze worden opgenomen in een benchmark database, een database die ter inspiratie toegankelijk is voor alle ondertekenaars.

37

You might also like