You are on page 1of 7

ACTIVITEITENFICHE Thomas More Campus Kruidtuin

T 015 36 92 20
E stagebasisonderwijsmechelen@thomasmore.be
W leon.thomasmore.be

Activiteit Leeftijd Ervaringskans

Straatmuziek 5-6 jaar O Begeleid Exploreren en beleven (BEB)


O Geleid spelen en leren (GSL)
O Ontmoeten (OM)

geen -----------------------x-------- veel

Welke ontwikkelvelden komen hier aan bod?


O Ontwikkeling innerlijk kompas O Taalontwikkeling
O Mediakundige ontwikkeling O Motorische en zintuiglijke ontwikkeling
O Socio- emotionele ontwikkeling O Ontwikkeling van logisch en wiskundig
O Muzische ontwikkeling denken
O Ontwikkeling van initiatief en O Ontwikkeling van de oriëntatie op de
verantwoordelijkheid wereld
O Levensbeschouwelijke ontwikkeling

Doelen
Ontwikkeling innerlijk kompas
Identiteit

Muzische ontwikkeling
Muzishe geletterdheid

Muzische vaardigheid
Verantwoording
1/ CONCEPTCIRKEL

Werken rond:
Gedurende een aantal weken werken we
rond het BC straattheater. Dit is een ruim
thema en er kan heel veel rond gemaakt
en gedaan worden. We gaan dieper in op
het maken van straatmuziek.

Werken aan:
Om aan straatmuziek te werken, werken
we binnen het domein muziek. Specifiek rond de bouwstenen tijd en klank (enkel
dynamiek).
We leggen ons specifiek op de bouwsteen ritme binnen tijd. Daarbij gaan we ook
oefenen op de dynamiek.

Werken met:
Om ons muziekstuk te kunnen maken, moeten we eerst onze muziekinstrumenten leren
kennen. Kunnen we met een niet alledaags kosteloos materiala ook muziek maken?
We beginnen met ritmische bouwstenen. Dit hebben we met de kleuters al eerder
geoefend. Binnen de ritmische bouwstenen leren we ons eigen muziek ontwerpen. We
komen na een aantal oefensessies tot een mooi muziekspel.

Algemeen doel:
Bij deze Muzische activiteit leggen we vooral de nadruk op het samen muziek maken in
groep. Het samen zijn. En vooral het plezier belevan aan het muzikaal bezig zijn.

2/ ALGEMEEN
We hebben al een muziekmuur gebouwd en geoefend met ritme, het luid en stil spelen.
Bij deze activiteit gaan we verder met het spelen rond ritme en straatmuziek.
De kleuters hebben al ervaring met ritmische bouwstenen. Gedurende de verschillende
activiteiten gaan we dit verder proberen uit te werken met een ritmische bouwzin.
Ook oefenen we meer op dynamiek zodat het samenspel een mooi muziekstuk wordt.

Bron
Cobbaert, A. (2017). Muziek (Ritmische bouwstenen). BAKOA, Thomas More, Mechelen.

Crul, K. (j2017). Zeppelin: Didactiek voor muzische vorming. Kalmthout: Pelkmanspro.

Katholiek Onderwijs Vlaanderen. (2018). Zill Selector. Geraadpleegd 5 Januari 2019,


https://zill.katholiekonderwijs.vlaanderen/#8/leerinhoud.  

Herdingcatsgeorge.blogspot.com [Pinterst]. (2018, 17 Oktober). Geraadpleegd op 5


januari 2019 van http://herdingcatsgeorge.blogspot.com/

Best drummer ever [Youtube]. (2014, 2 Oktober). Geraadpleegd op 5 januari 2019 van
https://www.youtube.com/watch?v=FqJdzYY_Fas

Materiaal
- Computer om filmpjes te laten zien
- Ritme stokken, voor elke een kleuter één paar.
- Stoelen
- Lege emmers
- Kaartjes met aan de voorzijde een afbeelding van straattheaterfiguur. Op de
achterkant duid ik aan over welke bouwsteen het gaat, zodat ik duidelijk kan
maken aan de kleuters hoe het ritme juist gaat.

ta + kwart rust ta ta titi titi titi ta


Straat muziek levend standbeeld festival

- Een tafel of een stok voor de kaartjes op te zetten of aan te hangen.


Verloop
Inleiding
Intro
Free heeft plots 2 stokjes in haar haar zitten. De kleuters merken dit op. Ze vragen wat deze
stokjes in haar haar doet. Free vertelt ons dat ze deze stokjes gevonden heeft. En ze dacht dat
deze dienden voor haar haar. Wat denken jullie? Ik laat de kleuters wat brainstormen en probeer
in te gaan op wat ze zeggen. Ik stuur het gesprek indien nodig als de kleuters geen idee hebben
wat voor stokjes het zijn. Ik vertel de kleuters dat het ritmestokjes zijn. Ik vraag aan Free waar
ze deze heeft gevonden? Ze vertelt ons op straat en dat ze daar een aantal mensen heeft zoen
muziek mee maken.
Free laat een briefje zien. Op het briefje staat een link naar een leuk filmpje.
We gaan samen met de kleuters naar het filmpje kijken.
https://www.youtube.com/watch?v=FqJdzYY_Fas

Opwarming
De kleuters krijgen allemaal één paar ritmestokken. We zetten ons op de grond aan een
stoel. De kleuters mogen even vrij experimenteren met de stokjes. Wanneer ik mijn
stokjes omhoog hou in de lucht dan stoppen alle kleuters met spelen en geluid te
maken. Wanneer ze terug naar beneden gaan dan mogen de kleuters terug
experimenteren. Ik herhaal dit een aantal keer. Ik doe er de variatie bij tussenin. Dit wil
zeggen dat de kleuters heel stilletjes moeten tikken met de stokken op de stoel. Ook dit
herhaal ik een aantal keer. Ik wissel dus af tussen omhoog, stoppen. Naar benden is
spelen met de stokjes en tussenin is stil spelen met de stokken.

Kern
Verkennen
Ik begin met een eenvoudige ritmische bouwsteen (titi ta) festival.
Ik zet het kaartje op het tafeltje en zeg het woord luidop volgens het juiste ritme. Ik
herhaal dit een 2 tal keer. En laat de kleuters dit ook elke keer een keer herhalen.
Dus wanneer ik festival zeg, zeggen de kleuters ook festival.
Ik voeg er de ritmestokjes bij. Ik zeg festival en tik het juiste ritme. Ik laat de kleuters
het eens proberen terwijl ik het voor doe. Daarna zeg ik het luidop samen met de
ritmestokjes en dan mogen de kleuters het samen doen met mij. We oefenen dit een
aantal keren totdat ze dit ritme goed genoeg kunnen.
Dan pas voeg ik een 2de ritmische bouwsteen (ta ta) toe, vb. muziek.
Ik zeg het terug enkel op ritme luidop zonder ritmestokken.
Daarna voeg ik de ritmestokken toe. We oefenen het net zoals bij de festival doordat ik
het woord eerst luidop zeg samen met de ritmestokjes en dan samen met de kleuters.
Daarna voeg ik nog een ritmische bouwsteen (ta+kwart rust) toe: straat. We oefenen dit
ook een aantal keren.
Ik leg ze in een bepaalde volgorde en we oefenen ze een aantal keren achter elkaar.

Verdiepen
De kleuters krijgen allemaal een lege emmer en zetten zich op hun knieën achter de lege
emmer. Ze krijgen elk één paar ritmestokken.
We herhalen alle ritmische bouwstenen een aantal keer tot we deze echt onder de knie
hebben. Ik voeg nog een laatste bouwsteen toe (titi titi), levend standbeeld. We oefenen
deze ritmische bouwstenen een aantal keer achter elkaar. Ik doe dit op dezelfde wijze
als voorheen door eerst het woord luidop te zeggen. De kleuters herhalen dit. We
zeggen het woord luidop en doen mee met de stokjes. Wanneer de kleuters dit onder de
knie hebben oefenen we de verschillende bouwstenen.
We splitsen de groep op in 2 groepen. Eerst speelt de eerste groep de ritmische
bouwstenen daarna de 2de groep. De groep dat niet speelt is stil en begint pas te spelen
op het teken van de leerkracht. Wanneer de leerkracht het teken geeft aan beide
groepen dan spelen beide groep.

Eindopdracht (& presenatie)


We gaan met de kleuters naar buiten. Elke kleuter neemt een lege emmer en één paar
ritmestokken mee naar buiten. Buiten op de speeltplaats zetten we ons in een halve
kring.
Ik zet me voor de kleuters met een tafeltje waar we de ritmische bouwstenen op
plaatsen. Van de geoefende ritmische bouwstenen heb ik zinnen gemaakt. We oefenen
eerst de eerste zin en spelen deze volledig uit. We gaan over naar de 2de zin.
Ik zeg tijdens het oefenen de woorden nog luidop. Dit helpt de kleuter nog om het juiste
ritme toe te passen.
We oefenen ook door luid en zacht te spelen. Wanneer de bel gaat voor de speeltijd
spelen we nog even door, zo kunnen de andere kleuters luisteren naar ons muziekstuk.
Ik vraag aan een collega leekracht om de laatste versie op te nemen. Zo kunnen we
nadien tijdens het terugblikken met de kleuters het filmpje laten zien.
Grenzen stellen:
Het is de bedoeling dat er met de stokjes wordt getikt op de stoel of op de emmer. Niet
op jezelf of op een andere kleuter.
Wanneer de leerkracht zegt of teken geef dat er moet getsopt worden met tikken
luisteren we. Dit is storend voor de andere kleuters. Ik gebruik ik-boodschappen om de
kleuters hier attent op te maken.

Stimulerende tussenkomsten:
Actie:
- Ik let erop dat de kleuters de stokjes juist vasthouden, zo kunnen ze ook juist
tikken met de stokken.
- Wanneer ik merk dat een aantal kleuters het moeilijk hebben, oefen ik kort even
met deze kleuters, een 2-tal keren. Ook laat ik de sterkste eens alleen spelen.
Communicatie:
Ik probeer de kleuters zoveel mogelijk positief te bekrachtigen.

Autonomie verlenen
De kleuters krijgen de kans om bij het verkennen zelf hun ritme te bepalen.

Einde
Terugblikken
Ik laat aan de kleuters tijdens het kringmoment na de speeltijd het filmpje zien. We
Blikken terug adhv. de waslijn:
- In de klas hangt een waslijn tegen de muur van de kring. Aan de waslijn hangen
gezichten in verschillende kleuren.
Een rood droevig gezicht staat voor: de kleuters vonden het niet zo leuk.
Een wit blij gezichtje: de kleuters vonden het best leuk. Maar af en toe vonden ze
het een beetje minder.
Het groen gezichtje: de kleuters vonden het een leuke activiteit.
De kleuters nemen hun wasspeld met symbool op en hangen deze aan één van de 3
gezichten. We starten een kringmoment en vragen aan de kleuters dat het leuk vonden
wat ze er leuk aan vonden. De kleuters dat het best leuk vonden wat ze leuk en minder
leuk vonden. De kleuters dat het niet leuk vonden mogen ook vertellen waarom ze het
minder leuk vonden.

You might also like